Qua repertoire werkt het WMC meer als wedstrijd als men dit vergelijkt met een bondsconcours. Dit komt vooral tot uitdrukking in het feit dat alle deelnemers hetzelfde verplichte werk moeten spelen.
De volgorde van de te spelen werken is als volgt:
Scroll verder naar beneden voor meer informatie over deze werken.
De volgorde van de te spelen werken is als volgt:
- Inspeelwerk (Martenizza)
- Verplicht werk (A Diamond for Parker) - De uiteindelijke uitvoering van dit werk treft u hieronder aan
- Keuzewerk (Equilibrium) - De uiteindelijke uitvoering van dit werk treft u hieronder aan
Scroll verder naar beneden voor meer informatie over deze werken.
|
|
Inspeelwerk: Martenizza
Componist: Piet Swerts
Een WMC-optreden wordt gestart met een inspeelwerk dat maximaal 5 minuten mag duren. Er is gekozen voor Martenizza van Piet Swerts. Voor een luistervoorbeeld klikt u HIER.
Componist: Piet Swerts
Een WMC-optreden wordt gestart met een inspeelwerk dat maximaal 5 minuten mag duren. Er is gekozen voor Martenizza van Piet Swerts. Voor een luistervoorbeeld klikt u HIER.
Verplicht werk: A Diamond for Parker
Componist: Rob Goorhuis
Componist: Rob Goorhuis
Voor het verplicht werk is gekozen voor de ongeveer 15 minuten durende compositie A Diamond for Parker van de Nederlandse componist Rob Goorhuis.
Het werk is gebaseerd op een thema van de psalm “Why Fum’th In Fight”, gecomponeerd door de 1595 overleden componist en organist Thomas Tallis. Deze Engelsman schreef zijn tweede psalm in 1567 als onderdeel van zijn “Nine tunes for Archbishop Parker’s Psalter”. De psalmen waren bedoeld voor de publicatie van metrische psalmen voor de eerste Anglicaanse bisschop van Canterbury: Matthew Parker.
Psalm 2 begint met de tekst ‘Why Fum’th In Fight’. Het schijnt dat de meesterwerken van Tallis eeuwenlang zoek zijn geweest. Gelukkig zijn ze op een zeker moment uit de archieven tevoorschijn opgedoken.
De tweede psalm heeft verschillende componisten geïnspireerd tot werken, die gebaseerd zijn op dit onsterfelijke thema.
Zo schreef Ralph Vaughan-Williams in 1910 zijn overbekende ‘Fantasia on a Theme of Thomas Tallis‘.
Datzelfde geldt voor de in blaasmuziekland overbekende Philip Sparke het thema meermaals gebruikte. Zo heeft onze fanfare in 2011 met veel plezier de ‘Tallis Variations’ gespeeld en al een langere tijd geleden ‘The Sunken Village’.
Het werk is gebaseerd op een thema van de psalm “Why Fum’th In Fight”, gecomponeerd door de 1595 overleden componist en organist Thomas Tallis. Deze Engelsman schreef zijn tweede psalm in 1567 als onderdeel van zijn “Nine tunes for Archbishop Parker’s Psalter”. De psalmen waren bedoeld voor de publicatie van metrische psalmen voor de eerste Anglicaanse bisschop van Canterbury: Matthew Parker.
Psalm 2 begint met de tekst ‘Why Fum’th In Fight’. Het schijnt dat de meesterwerken van Tallis eeuwenlang zoek zijn geweest. Gelukkig zijn ze op een zeker moment uit de archieven tevoorschijn opgedoken.
De tweede psalm heeft verschillende componisten geïnspireerd tot werken, die gebaseerd zijn op dit onsterfelijke thema.
Zo schreef Ralph Vaughan-Williams in 1910 zijn overbekende ‘Fantasia on a Theme of Thomas Tallis‘.
Datzelfde geldt voor de in blaasmuziekland overbekende Philip Sparke het thema meermaals gebruikte. Zo heeft onze fanfare in 2011 met veel plezier de ‘Tallis Variations’ gespeeld en al een langere tijd geleden ‘The Sunken Village’.
Ook de bekende Nederlandse componist Rob Goorhuis voelde zich aangetrokken tot het sobere, maar toch zeer expressieve thema, wat hem inspireerde tot het schrijven van een fantasie voor fanfareorkest.
Er is echter een groot verschil in aanpak tussen ‘A Diamond for Parker’ en de werken van Vaughan-Williams en Sparke. De composities van zijn Britse collega’s gaan nadrukkelijk uit van de betoverende werking van het origineel. Goorhuis hanteert een compleet andere benadering, waarbij aanvankelijk weinig van de uit het thema gebruikte elementen herkenbaar is. Zijn eigen inbreng is veel groter, doordat hij motieven uit het thema omvormt tot karakteristiek eigen materiaal. Als het thema dan komt in volle glorie, gespeeld door het symfonisch koper, klinkt het ook integraal, overweldigend. In het midden van deze fantasie ontvouwt zich een bijzondere fuga. Het werk is opgedragen aan de Jouster Fanfare en zijn dirigent Bernhard van der Wal.
Overigens is Rob Goorhuis geen onbekende in de fanfarewereld en dus ook in bij St. Gertrudis. Hij is een van de toonaangevende componisten die muziek schrijft voor onze orkestvorm. Muziek die ook al regelmatig bij ons op de pupitre heeft gelegen en waar we ook al tijdens concours mee hebben opgetreden. Hierbij ging het dan om de volgende werken:
We kennen Rob Goorhuis ook als veelgevraagd jurylid tijdens concoursen maar hij is ook al een paar keer jurylid geweest tijdens het Concerttreffen van de Muziekfederatie Limburg Zuid West.
Er is echter een groot verschil in aanpak tussen ‘A Diamond for Parker’ en de werken van Vaughan-Williams en Sparke. De composities van zijn Britse collega’s gaan nadrukkelijk uit van de betoverende werking van het origineel. Goorhuis hanteert een compleet andere benadering, waarbij aanvankelijk weinig van de uit het thema gebruikte elementen herkenbaar is. Zijn eigen inbreng is veel groter, doordat hij motieven uit het thema omvormt tot karakteristiek eigen materiaal. Als het thema dan komt in volle glorie, gespeeld door het symfonisch koper, klinkt het ook integraal, overweldigend. In het midden van deze fantasie ontvouwt zich een bijzondere fuga. Het werk is opgedragen aan de Jouster Fanfare en zijn dirigent Bernhard van der Wal.
Overigens is Rob Goorhuis geen onbekende in de fanfarewereld en dus ook in bij St. Gertrudis. Hij is een van de toonaangevende componisten die muziek schrijft voor onze orkestvorm. Muziek die ook al regelmatig bij ons op de pupitre heeft gelegen en waar we ook al tijdens concours mee hebben opgetreden. Hierbij ging het dan om de volgende werken:
- Ballade die Brück am Tay
- Concertino voor fanfare
- Poème Symphonique
- Passion et Tendresse
- Synfonietta voor fanfare
We kennen Rob Goorhuis ook als veelgevraagd jurylid tijdens concoursen maar hij is ook al een paar keer jurylid geweest tijdens het Concerttreffen van de Muziekfederatie Limburg Zuid West.
Keuzewerk: Equilibrium
Componist: Paul Lovatt-Cooper
Arrangement: Luc Vertommen
Componist: Paul Lovatt-Cooper
Arrangement: Luc Vertommen
Met de kennis van het karakter van het verplicht werk in het achterhoofd is dirigent Jos op zoek gegaan naar een werk dat aan een aantal criteria zou moeten voldoen. Om te beginnen zou het een pakkend werk moeten zijn dat in contrast staat met het verplicht werk en waarmee onze fanfare zich kan onderscheiden door gebruikmaking van de sterke muzikale kwaliteiten van ons orkest.
Daarnaast is natuurlijk ook gekeken naar belangrijke criteria als speelvreugde en uitdaging, tijdsduur en aantrekkelijkheid voor toehoorders. Tot slot, en dat is op een WMC-podium ook zeer belangrijk, willen we uiteraard origineel voor de dag komen.
Met deze bagage als vertrekpunt heeft er zowel voor, als gedurende de zomervakantie een uitgebreide screening plaatsgevonden van een hele lijst aan potentiële muziek. De zoektocht kreeg een abrupt einde toen het oog viel op een vroeg werk van de inmiddels in de blaasmuziek en met name de brassbandscene wereldbekende componist Paul Lovatt-Cooper. Als fanfare hebben we intussen goede ervaringen met zijn werk Fire in the Blood. Doch van het werk Equilibrium - waar de keuze op is gevallen - bestaat nog geen fanfarearrangement.
Na een paar telefoontjes en mailtjes en uiteindelijk prima afspraken met meesterarrangeur Luc Vertommen is intussen ook deze hobbel genomen, wat concreet betekent dat er druk wordt gearrangeerd aan een op maat gemaakt arrangement. Daarvoor zal Luc Vertommen ook gedurende de voorbereiding een of meerdere repetities bezoeken om desgewenst aanpassingen door te voeren, allemaal in het teken van de muziek.
Equilibrium was tijdens het WCM 2009 het verplichte werk voor de 1e divisie Brassband.
Het werd oorspronkelijk geschreven voor Bandmaster Ross Johnson en de Camberwell Citadel Band. De titel betekent betekent in het Latijn en Engels ‘evenwicht’. Lovatt-Cooper beeldt in de compositie de situatie uit waarbij tegenstrijdige krachten elkaar in balans houden en zorgen voor stabiliteit. Voor Equilibrium heeft hij gebruik gemaakt van de hymne ‘St. Margaret – Oh love that will not let me go’. Het hele werk bouwt zich op vanuit fragmenten uit deze hymne die uiteindelijk leiden tot een muzikale balans.
Daarnaast is natuurlijk ook gekeken naar belangrijke criteria als speelvreugde en uitdaging, tijdsduur en aantrekkelijkheid voor toehoorders. Tot slot, en dat is op een WMC-podium ook zeer belangrijk, willen we uiteraard origineel voor de dag komen.
Met deze bagage als vertrekpunt heeft er zowel voor, als gedurende de zomervakantie een uitgebreide screening plaatsgevonden van een hele lijst aan potentiële muziek. De zoektocht kreeg een abrupt einde toen het oog viel op een vroeg werk van de inmiddels in de blaasmuziek en met name de brassbandscene wereldbekende componist Paul Lovatt-Cooper. Als fanfare hebben we intussen goede ervaringen met zijn werk Fire in the Blood. Doch van het werk Equilibrium - waar de keuze op is gevallen - bestaat nog geen fanfarearrangement.
Na een paar telefoontjes en mailtjes en uiteindelijk prima afspraken met meesterarrangeur Luc Vertommen is intussen ook deze hobbel genomen, wat concreet betekent dat er druk wordt gearrangeerd aan een op maat gemaakt arrangement. Daarvoor zal Luc Vertommen ook gedurende de voorbereiding een of meerdere repetities bezoeken om desgewenst aanpassingen door te voeren, allemaal in het teken van de muziek.
Equilibrium was tijdens het WCM 2009 het verplichte werk voor de 1e divisie Brassband.
Het werd oorspronkelijk geschreven voor Bandmaster Ross Johnson en de Camberwell Citadel Band. De titel betekent betekent in het Latijn en Engels ‘evenwicht’. Lovatt-Cooper beeldt in de compositie de situatie uit waarbij tegenstrijdige krachten elkaar in balans houden en zorgen voor stabiliteit. Voor Equilibrium heeft hij gebruik gemaakt van de hymne ‘St. Margaret – Oh love that will not let me go’. Het hele werk bouwt zich op vanuit fragmenten uit deze hymne die uiteindelijk leiden tot een muzikale balans.
Slagwerker Paul Lovatt-Cooper is momenteel een van de grootste talenten als het gaat om componeren van blaasmuziek. Meer dan 16 jaar lang heeft hij als slagwerker deel uitgemaakt van de Fairey Band en de ‘World Famous Black Dyke Brassband’. Al op school kreeg hij slagwerkles van een van zijn muziekleraren die hem adviseerde om mee te gaan spelen in de Kennedy's Swinton Band. Daarna studeerde hij muziek aan de Universiteit van Salford, waar hij van niemand mindan Peter Graham compositieles kreeg en bij Roy Newsome/David King HaFaBra-directie volgde. Gedurende zijn studie speelde hij zowel in het harmonieorkest als in de brassband van de universiteit.
Als componist werkt hij voornamelijk voor brassbands. Zo was hij als huiscomponist verbonden aan de Black Dyke Band. Veel van zijn werken zijn door de vooraanstaande Britse brassbands zoals de Black Dyke Band, de Cory Band en de Brighouse and Rastrick Brass Band maar ook door bijvoorbeeld de Belgische Brassband Willebroek op cd opgenomen. |
Luc Vertommen werd geboren in Leest (Mechelen) waar hij via de plaatselijke fanfare kennis maakte met de blaasmuziek. Hij studeerde cornet, notenleer en piano aan de muziekacademies van Mechelen en Willebroek. Zijn hogere muziekstudies aan het Lemmensinstituut te Leuven zag hij bekroond met een drievoudig Laureaatsdiploma voor Trompet, Muziekgeschiedenis en Harmonie- en Fanfaredirectie. Daarna behaalde hij nog een eerste prijs Kamermuziek aan het Koninklijk Muziekconservatorium van Brussel en een meestergraadsdiploma directie aan het Lemmensinstituut. Na zijn opleiding werd hij al spoedig full-time ondergedompeld in de wereld van de blaasmuziek, enerzijds als leraar koper en samenspel/instrumentaal ensemble aan de Muziekacademie van Zaventem en als leraar Hafabra-directie aan de Servais-academie in Halle.
Met zijn eigen orkesten wist hij diverse nationale en internationale prijzen te behalen. Luc wordt met regelmaat uitgenodigd als gastdirigent. Als cornettist was hij laureaat van de Nationale Solistenwedstrijd van de Vlaamse Brassbandfederatie en als muzikant speelde hij met Brassband Midden-Brabant en Brassband Willebroek. Hij is ook auteur van twee boeken die als centraal thema de blaasmuziek hebben.Daarnaast werkt hij aan een CD- en boekenreeks rond Vlaamse blaasmuziek, in deze Anthology of Flemish Band Music-reeks verschenen reeds een tiental CD’s met Vlaamse en Belgische muziek. Luc is verantwoordelijke uitgever hafabra voor Band Press en maakt met regelmaat arrangementen voor blaasorkest die te beluisteren zijn op talrijke CD’s. Als jurylid was hij actief op tal van binnen- en buitenlandse wedstrijden en met regelmaat schrijft hij artikels over blaasmuziek-gerelateerde onderwerpen in binnen- en buitenlandse vakbladen. Sedert 2011 is hij directeur van de Academie voor Muziek en Woord te Deurne en behaalde hij een doctoraatsdiploma aan de Salford University (Manchester). |